Dit zeiden 'kenners' aan het begin van het seizoen over titelkansen van Feyenoord...

Koploper Feyenoord staat momenteel zes punten voor op achtervolger Ajax en dus lijkt het landskampioenschap een zekerheidje. De zestiende landstitel in de clubhistorie werd aan het begin van het seizoen door vele analisten en journalisten voor onmogelijk gehouden. Laten we eens kijken wat men dacht over de titelkansen van Feyenoord.

ESPN-analisten

Voorafgaand aan speelronde 1 maakte ESPN een YouTube-serie waarin analisten hun voorspellingen deden voor de komende voetbaljaargang. De meesten plaatsten Feyenoord op nummer drie, achter PSV en Ajax. Marciano Vink zette Feyenoord zelfs op plaats vier, achter FC Twente. Hij vond de club uit Enschede namelijk 'een betere ploeg dan Feyenoord'. Kees Kwakman voorspelde dat Feyenoord op de derde plek zou eindigen, omdat de Rotterdammers volgens hem 'een jasje hebben uitgedaan met het vertrek van Marcos Senesi, Luis Sinisterra en Cyriel Dessers'. Kenneth Perez plaatste als enige analist Feyenoord hoger dan plek drie. Hij voorspelde dat Feyenoord tweede zou eindigen vanwege 'de kwaliteiten van Arne Slot'.

Valentijn Driessen

Voorafgaand aan de start van het nieuwe voetbalseizoen stelde Valentijn Driessen, chef voetbal van De Telegraaf, dat Feyenoord blij mocht zijn met een vierde plaats. Nadat Feyenoord zich tot winterkampioen had gekroond, moest de verslaggever zijn meerdere erkennen in de kwaliteiten van de Stadionclub. Desondanks geloofde Driessen nog in een kampioenschap van Ajax, zo liet hij begin februari weten in een interview met De Telegraaf. "Ajax weet hoe je kampioen wordt, Feyenoord heeft daar te weinig ervaring voor".

VI-klassement

De jaarlijkse voorspelling van Voetbal International leverde een nogal eenzijdig beeld op van de titelaspiraties van Feyenoord. Naast Driessen plaatsten ook Hugo Borst, Jeroen Elshoff, Jan Joost van Gangelen, Hélène Hendriks, Freek Jansen, Wilfred Genee, Wytse van der Groot, Arno Vermeulen én Willem Vissers Feyenoord op de derde plek. Kees Jansma en Sjoerd Mossou positioneerden de Rotterdammers nóg lager, namelijk op plaats vier.