De tien meest legendarische voetballers van Ajax aller tijden

Vandaag, 11:15 uur

Ajax kent een rijke geschiedenis aan spelers. Er hebben grote namen uit het buitenland gevoetbald in Amsterdam en er zijn iconen uit eigen land erg belangrijk geweest voor de club. Dit is de top tien meest legendarische voetballers die voor de club hebben gespeeld.

Grootste iconen van Amsterdam

Ajax is opgericht in 1900 en sindsdien hebben er veel grote namen op het veld gestaan namens de Amsterdammers. In deze top tien starten we met een aanvoerder uit Servië.

10. Dušan Tadić

In 2018 komt Tadić over van Southampton voor een bedrag van 11,4 miljoen euro. De transfer was direct een succes. De nieuwe nummer tien van Ajax behaalde in zijn eerste seizoen direct de halve finale van de Champions League. Voor zijn prestatie tegen Real Madrid ontving hij van L'Équipe zelfs een tien, wat zelden wordt uitgegeven. In 2019 werd de linkspoot aanvoerder van de Amsterdammers, Dit bleef Tadic, totdat hij in 2023 vertrok naar Fenerbahçe. Tadić wordt beschouwd als een echte legende Ajax. Dit vanwege alle ervaring die hij met zich mee bracht en zich een ware leider toonde binnen én buiten het veld. Tadić werd drie keer landskampioen, won twee keer de Nederlandse beker en één keer de Johan Cruijff Schaal. Ooit hoopt Tadić weer terug te keren bij Ajax.

9. Ruud Krol

De verdediger begon zijn carrière bij Ajax in 1968, onder Rinus Michels. Vanaf dat moment was Krol nog niet direct een vaste waarde voor de ploeg. Dit veranderde al snel toen Krol kansen kreeg in de basis. Hij groeide uit tot een onmisbare speler voor de Amsterdammers. Tijdens zijn periode bij de club won Krol onder andere zes keer het landskampioenschap, drie Europacup I-titels en een Wereldbeker voor clubteams. Iets waar de geboren Amsterdammer ook om gewaardeerd wordt bij de fans, is dat hij lang trouw bleef aan de club. Krol speelde uiteindelijk 339 wedstrijden voor Ajax.

8. Gerrie Mühren

Mühren, de eerste Volendammer die voor het Nederlands elftal speelde, zat bij Ajax van 1968 tot 1976. Iets waar de middenvelder om bekend stond, waren zijn technische vaardigheden. Zo is er bijvoorbeeld het bekende hooghouden van Mühren tijdens een uitwedstrijd tegen Real Madrid in 1973. Hij werd in die tijd vaak gezien als een van de meest technische voetballers ter wereld. Mühren speelde 220 keer voor de Amsterdammers en was daarin 54 keer trefzeker. Zijn erelijst bij de club is indrukwekkend; drie keer de KNVB Beker, drie keer landskampioen, twee keer de Europese Supercup, drie keer de Europacup I en één Wereldbeker voor clubteams.

7. Dennis Bergkamp

Op 12-jarige leeftijd begon Bergkamp zijn carrière bij Ajax in de jeugdopleiding. Zijn ontwikkeling ging snel en vijf jaar later mocht hij al meedoen in het eerste, onder begeleiding van niemand minder dan Johan Cruijff. De technische aanvaller speelde van 1986 tot 1993 bij de club, waarna hij het in het buitenland wilde gaan proberen. Uiteindelijk was Bergkamp goed voor 239 wedstrijden met daarin 122 gescoorde doelpunten. Ondanks een wellicht minder indrukwekkende erelijst is Bergkamp niet weg te denken uit dit lijstje. Hij won met Ajax een European Cup Winners' Cup, een UEFA-cup, een landstitel en tweemaal de KNVB Beker.

6. Jari Litmanen

Litmanen, door velen gezien als de beste Finse voetballer aller tijden, begon zijn carrière bij Ajax in 1992. In zijn eerste seizoen was het lastig voor de Fin. Door het vertrek van Dennis Bergkamp kwamen er meer kansen voor de nummer tien-positie. En die werden goed benut. Litmanen groeide uit tot een van de meest gewaardeerde spelers van Ajax op die positie. In zijn eerste stint bij de club speelde hij 159 officiële duels en was daarin goed voor 91 doelpunten. Litmanen kwam van 2002 tot 2004 terug naar Ajax. Toen speelde hij slechts twintig keer en was daarin vijf keer trefzeker. Litmanen won met Ajax onder andere de UEFA Champions League, de UEFA-Supercup, een Wereldbeker voor clubteams en vier keer de Eredivisie.

5. Frank Rijkaard

Zowel als speler als trainer bekend en zeker een terechte naam in dit rijtje: Frankrijk Rijkaard. De middenvelder debuteerde in 1980 voor Ajax en wist in zijn eerste wedstrijd te scoren. Hij werd een onmisbare schakel in het elftal. Vooral zijn verdedigende werk in het middenveld was uitzonderlijk goed. Rijkaard speelde over twee periodes genomen negen jaar voor Ajax en heeft uiteindelijk 262 wedstrijden achter zijn naam staan voor de club. Met Ajax won Rijkaard onder andere de UEFA Champions League, tegen zijn voormalige ploeg AC Milan, vijf keer de Eredivisie en drie keer de KNVB-beker.

4. Marco van Basten

Net als Bergkamp debuteerde ook Van Basten onder Johan Cruijff bij Ajax. Van Basten groeide uit tot een van de beste spitsen aller tijden. Hij heeft niet voor niets drie keer een Ballon d'Or achter zijn naam staan. Van Basten speelde bij Ajax van 1981 tot 1987. Hierna maakte hij de overstap naar AC Milan. De acrobatische doelpuntenmachine speelde 172 keer voor de Amsterdammers en scoorde hierin maar liefst 152 doelpunten. Van Basten won met Ajax een European Cup Winners' Cup, drie landstitels en drie keer keer de KNVB Beker.

3. Piet Keizer

Deze linksbuiten met rugnummer elf heeft zijn hele professionele carrière maar bij één club gespeeld, Ajax. Piet Keizer debuteerde in 1961 voor de club. Hij was direct belangrijk, tot het fout ging. Na een kopduel raakte Keizer buiten bewustzijn en in het ziekenhuis bleek dat hij een schedelbreuk had opgelopen. Ondanks dit kwam de aanvaller datzelfde jaar nog terug en was nog even belangrijk als daarvoor. Keizer speelde 490 wedstrijden voor Ajax, tot 1974, en schoot daarin 189 keer raak. Keizer heeft een zeer indrukwekkende prijzenkast opgebouwd bij Ajax. Hij won zes keer de Eredivisie, vijf keer de KNVB Beker, tweemaal de Europese Supercup, driemaal de Europacup I en één keer de Wereldbeker voor clubteams.

2. Sjaak Swart

Een absolute clublegende, die net als Keizer alleen voor Ajax heeft gespeeld. Met meer dan 600 officiële wedstrijden voor de club is zijn bijnaam 'Mister Ajax' ook niet gek. Sjaak Swart speelde meestal met rugnummer acht en was als aanvaller goed voor 175 doelpunten voor de club. Zijn debuut vond plaats in 1956 en hing zijn schoenen pas op in 1973. In deze jaren pakte Swart dan ook de nodige prijzen met Ajax. Hij won onder andere maar liefst acht keer het landskampioenschap, vijf keer een KNVB Beker, drie keer de Europacup I en eenmaal de Europese Supercup.

1. Johan Cruijff

Er kan er vanzelfsprekend maar één op de eerste plaats staan: de grootste Nederlandse voetballer aller tijden. En niet alleen dat, Johan Cruijff wordt beschouwd als één van de grootste voetballers aller tijden. En daarmee ook de meest voor de hand liggende nummer één uit dit rijtje. De weergaloze aanvaller speelde bij Ajax van 1964 tot 1973. Hij was in die periode goed voor 190 doelpunten en met name heel veel magische momenten. Cruijff won acht landstitels, vijf KNVB Bekers en driemaal de Europacup.