OPINIE: Ronald Koeman zal toch nog diep moeten nadenken over compleet Oranje

Lex Muller is al tientallen jaren bekend als sportjournalist, werkte 20 jaar bij het Algemeen Dagblad. Later bij de televisie. Bezocht WK's en EK's vanaf 1974. Door de wol geverfd heet dat. Wekelijks maakt Lex een 'opinie' voor Voetbalflitsen.

Na vier oefenwedstrijden wilde Ronald Koeman de puzzel passend op tafel hebben liggen. De groep rond hebben voor de Nations League in het najaar, maar bovenal duidelijk zicht hebben op het ideale basiselftal. Na het flauwe gelijkspel in Turijn beweerde de bondscoach genoeg te hebben gezien voor de herstart van Oranje in september tegen Peru en Frankrijk.

Koeman bedoelde dat uiteraard positief, want hij had heus niet alleen negatieve punten kunnen noteren. Twee keer 1-1, uit tegen Slowakije en Italië. Op zich redelijke resultaten. Maar beide malen ook na een dramatische eerste helft, volgeladen met antipathie en maximaal slordig balverlies.

De bondscoach bekende in elk geval trouw te blijven aan het defensieve systeem van 5-3-2. Dat valt te billijken en te begrijpen, al biedt deze tactiek absoluut geen garantie voor de eigen nul. Naast aanvoerder Virgil van Dijk en Matthijs de Ligt ontbeert Koeman in feite een waardige linkspoot voor het trio in het centrum. Liever geen Daley Blind, die sowieso speelritme te kort komt en nog het best zou renderen als linksback/linkshalf.

Volgens de zoekende keuzeheer zou ook Georginio Wijnaldum deel uitmaken van het vaag opdoemende geraamte binnen Oranje 2.0. In Turijn deelde de loper van Liverpool het middenveld met Marten de Roon en Ruud Vormer. Alle drie een beetje gelijksoortige spelers, met iets te weinig creativiteit. Ook nog eens zonder al teveel dominantie, hetgeen hoe dan ook schaars is vertegenwoordigd in de huidige generatie.

Voor het duo in de aanval vertrouwt Koeman vooralsnog op Memphis Depay, onthulde hij in Italië. Qua talent onomstreden, maar nog immer grillig en onberekenbaar in het Nederlands elftal. Vermoedelijk krijgt hij de geroutineerde en balvaste Ryan Babel als metgezel, wel al 31 jaar maar bij Besiktas een vaste waarde met een behoorlijk instinct voor doelpunten. Quincy Promes klikt minder, vanwege zijn al even onvoorspelbare fratsen en ingevingen.

In offensief opzicht schuilt het grote verschil met voorgaande generaties. Voor Koeman ook de reden van zijn voorkeur voor het voorzichtige concept. De opvolgers voor types als Robin van Persie en Arjen Robben verbergen zich achter de horizon, zoals ook het type van Wesley Sneijder of Rafael van der Vaart nog niet opdoemt in het nationale voetbal. In de groep van nu biedt Davy Pröpper enig uitkomst, maar ook hij mist nog de ware persoonlijkheid om zich al spelmaker te laten gelden.

Afgaande op het kwartet aan testmatches kan Koeman op hooguit vijf man van de elf terugvallen: doelman Jasper Cillissen (ofschoon hij wel weg moet bij Barcelona), het koppel Van Dijk – De Ligt (eerstgenoemde moet waken voor verslapping van zijn concentratie) en Babel-Memphis in de voorste twee. De meeste vraagtekens verrijzen op het middenveld, waar de ervaring van de dertiger Vormer nog wel van nut kan zijn.

Maar voor de rest: Pröpper dan en mogelijk Kevin Strootman. Veel posities zijn nog volledig inwisselbaar, met naast de invulling van het zo belangrijke middenveld de juiste keuzes in de achterhoede. Daryl Janmaat viel aardig in voor de ongeschikte Hans Hateboer, maar misschien valt Kenny Tete toch te prefereren als rechtsachter. Voor links zal Koeman diep moeten nadenken over Blind, Nathan Aké of Tonny Vilhena, doch mogelijk ookTerence Kongolo of Jetro Willems.

De afgelopen periode bevestigde ondanks de meevaller tegen Portugal dat het nog steeds schort aan kwaliteit, met name boven het grijze gemiddelde. De middelmaat regeert en overheerst, al zal Koeman dat uiteraard niet willen toegeven. Hij kan slechts beamen dat er nog veel werk moet worden verricht en dat het veel beter moet tegen Frankrijk en Duitsland voor de Nations Cup.

Toch brandt er een zwak lichtpuntje: alleen een enkele uitzondering als Brazilië en Frankrijk kan leunen op een aantal uitzonderlijke talenten. Maar het gros der landen moet het hebben van een sterk collectief en Nederland zou daarbij kunnen aansluiten.

LEX MULLER